donderdag 7 november 2019

Schatting beverpopulatie valt ineens fors hoger uit

De Zoogdiervereniging komt vandaag met een bericht over de beverpopulatie in Nederland. Opmerkelijk vind ik het dat de schatting van het aantal bevers ineens enorm is gestegen. Vilmar Dijkstra schrijft hierover in het bericht:









"Er worden geen tellingen gehouden om het aantal bevers te volgen. Daardoor weet niemand hoeveel bevers er in ons land leven. Wel zijn er met enkele aannames schattingen gemaakt en die komen uit op ruim 2.000 tot 3.500 bevers in het voorjaar van 2019. Gezien het grote verspreidingsgebied zal het aantal bevers rond de 3.500 dieren liggen."


Bij de voorlaatste schatting werd uitgegaan van 2.000 waarvan 1.000 in Limburg. Het blijft inderdaad bij schattingen, want wetenschappelijke tellingen in alle bevergebieden zijn er gewoonweg niet.


Ook ik moet het hebben van aannames naar aanleiding van veldbezoek. De groei in Limburg is in de afgelopen 10 jaar behoorlijk geweest. Bevers trokken de beken op, bouwden er dammen en creëerden een nieuwe leefomgeving.
Er zijn nog wel enkele plekken die ze kunnen koloniseren, maar de sterke groei is naar mijn gevoel redelijk tot staan gebracht. Sterker nog; Sommige beken bleken in de afgelopen 2 droge zomers toch niet zo geschikt en de bevers zijn er weer verdwenen. Weggevaagd lijkt het wel, want ik zie in de omgeving ervan geen nieuwe sporen. Zo zijn er meer plekken waarvan ik denk: "Waar zijn de bevers ineens gebleven? Op natuurlijke wijze gedecimeerd of door illegale ingrepen van de mens?"

Hoe dan ook, de sterke populatiegroei in heel Nederland komt dit keer denk ik niet op het conto van Limburg, maar zal te maken hebben met de verdere verspreiding in bijvoorbeeld Groningen en Drenthe. Ook Overijssel is aan een opmars bezig.

Wat ik jammer vind is, dat bij dood gevonden bevers geen DNA-onderzoek wordt gedaan. Het zou informatie kunnen geven over de verspreiding, zoals dat bij otters wel wordt gedaan. Bij het uitzetten van bevers in Nederland, vanaf 30 jaar geleden tot voor kort, werd geen DNA veiliggesteld. Wel werden in het begin bevers gechipt. 




Lees hieronder het bericht van de Zoogdiervereniging of klik op deze link


Beverpopulatie blijft groeien

In 1826 werd de laatste bever in Nederland doodgeslagen in de IJssel. In 1988 begon men met de herintroductie van de bever. Niet alleen omdat de bever in een waterrijk land als Nederland gewoonweg thuishoort. Ook zijn belangrijke rol als landschapsvormende soort, waardoor hij doorgaans een positieve invloed heeft op de biodiversiteit, heeft ertoe bijgedragen dat tot herintroductie is overgegaan.

In steeds meer provincies leven bevers

Ruim dertig jaar na de start van de herintroductie hebben bevers zich over een behoorlijk deel van het land verspreid (figuur 1). Aanvankelijk groeide de populatie maar langzaam, maar sinds 2011 is de beverpopulatie flink gegroeid (figuur 2). Er worden geen tellingen gehouden om het aantal bevers te volgen. Daardoor weet niemand hoeveel bevers er in ons land leven. Wel zijn er met enkele aannames schattingen gemaakt en die komen uit op ruim 2.000 tot 3.500 bevers in het voorjaar van 2019. Gezien het grote verspreidingsgebied zal het aantal bevers rond de 3.500 dieren liggen.
Inmiddels hebben zich in nagenoeg alle provincies bevers gevestigd. Alleen in Noord-Holland komen nog geen gevestigde bevers voor. De provincie is al wel een aantal keer door zwervende bevers bezocht. Vestiging van bevers in Noord-Holland is echter slechts een kwestie van tijd en wordt binnen vijf jaar verwacht. Provincies waar veel bevers verblijven zijn Limburg, Gelderland, Noord-Brabant, Flevoland en Zuid-Holland (figuur 3). 
Image
Figuur 1. Verspreiding van de bever in de periode 2017-2019 (Bron NDFF/Zoogdiervereniging)
Figuur 1. Verspreiding van de bever in de periode 2017-2019 (Bron NDFF/Zoogdiervereniging)

Groei zal nog doorgaan

Omdat er nog veel onbezet biotoop voor bevers in Nederland aanwezig is, wordt verwacht dat de groei van de populatie nog zal doorgaan. Daarbij zal de kans dat bevers zich op locaties gaan vestigen die conflicten met menselijk gebruik gaan opleveren, toenemen. De Zoogdiervereniging wordt in toenemende mate ingeschakeld bij het adviseren bij conflictsituaties. Daarbij is de insteek dat conflicten op een dusdanig wijze worden opgelost dat de overlast vermindert of verdwijnt en de bevers aanwezig kunnen blijven. Wettelijk is dat ook de werkwijze die gevolgd moet worden bij conflicten met beschermde soorten zoals de bever. Niet in alle gevallen is het echter mogelijk om het op een dergelijke wijze op te lossen en in die gevallen is het onvermijdelijk dat bevers gedood gaan worden. Dat is natuurlijk dramatisch voor die individuen, maar voor de beverpopulatie in Nederland zal dat geen effect hebben. De populatie is van voldoende omvang en is inmiddels in een Gunstige Staat van Instandhouding. Lees hier het standpunt van de Zoogdiervereniging over hoe om te gaan met bevers die overlast veroorzaken. Tenslotte staan in het blad Zoogdier meerdere artikelen over de bever. Dit blad ontvang je bij het lidmaatschap van de Zoogdiervereniging.

zaterdag 2 november 2019

Knagen moet je leren



Knagen moet je leren. De jonge bever linksboven op de foto imiteert het gedrag van de volwassen bevers en doet alsof hij knaagt. 


Op de Facebookpagina van "Bevers in Nederland" van 29 oktober staat het filmpje van deze jonge bever en zijn beide ouders. 



Het jong zit bij een klein boompje links en het lijkt alsof hij knaagt. 




Ik heb het boompje geïnspecteerd; er zitten geen tandafdrukken van een jonge bever op. Tandafdrukken van volwassen bevers zijn 8 mm breed; die van jonge bevers 3 á 4 mm. Hier zaten alleen afdrukken van een volwassen bever op, dus het jong deed alsof!


Ook bij de andere foto is het jong slechts wat aan het spelen, maar hij kijkt gaandeweg natuurlijk wel de kunst af bij zijn ouders. 

Zo is ook het klappen met de staart op het water bij onheil iets dat bevertjes niet direct "onder de knie" hebben. Doordat het staartje eerst nog slap en klein is lukt dat niet. 


Dat wordt gaandeweg beter en als ze een half jaar zijn lukt dat al behoorlijk.